Zoete aardbeien, knapperige wortels of kleurrijke radijsjes. Uit eigen tuin smaakt het toch allemaal nét even wat lekkerder dan uit de winkel. Een moestuin vergt tijd en energie, maar met de juiste tips kan iedereen een moestuin beginnen en genieten van eigen oogst.

Moestuinieren levert niet alleen eigen fruit, groenten en kruiden op, het is ook nog eens heel ontspannend. Je gebruikt dan wel bijna al je spieren in je lichaam, maar de natuurlijke omgeving en de buitenlucht verlagen je stressniveau. Je kunt het hele jaar door in een moestuin aan de slag en ook voor kleinere tuinen is er veel mogelijk. Dit maakt een moestuin beginnen een heerlijke bezigheid voor iedereen.

plek voor je moestuin, groener wonen

Stap 1: Voordat je een moestuin begint

Wil je een moestuin beginnen? Dan is het slim om klein te starten. Een moestuin kost namelijk tijd en energie en dat kan in het begin even wennen zijn. Bovendien kun je door klein te beginnen, kijken of het écht iets voor jou is. Uitbreiden kan altijd nog. Probeer daarom eerst zelf thuis het een en ander uit voordat je aan een volkstuin begint.

Denk alvast na over waar je je moestuin wilt hebben en wat je wilt zaaien

Houd het overzichtelijk en bedenk vooraf welke planten, bloemen en kruiden je in de moestuin wilt zetten. En misschien wel het meest cruciale: kies een goede plek voor je moestuin. Ga op zoek naar een zonnige plek met beschutting. Er mag overigens wel wind staan, maar niet teveel. Uit het noorden komt de koudste wind, daarom kun je het beste de zuidkant open laten. Bekijk vooraf ook hoe de zon draait en gebruik dit om je gewassen op de beste plek te zaaien.

indeling moestuin

Benodigdheden

Hierna is het tijd om het denkwerk om te zetten in praktisch werk. Heb je al een tuin, dan heb je vast ook al wat gereedschap. Voor een moestuin is het handig om op z’n minst de volgende hulpmiddelen te hebben:

  • Tuinhandschoenen
  • Spade
  • Cultivator
  • Schoffel
  • Snoeischaar
  • Plantenschepje
  • Hark
  • Gieter of tuinslang

Ga zorgvuldig en netjes met je gereedschap om, dan gaat het langer mee. Maak je gereedschap altijd even schoon en berg het op een droge plek op. Het beste kun je je je gereedschap hangend bewaren, dan wordt het minder snel bot.

goede grond,moestuin, grond, groener wonen

Stap 2: Grondsoort bepalen

Nu je weet waar de moestuin komt en je het juiste gereedschap in huis hebt, is het tijd om te bepalen op welke grondsoort je moestuin ligt. Grond is essentieel voor de moestuin, of je nu een kleine of uitgebreide moestuin wilt beginnen. De grond vormt de voedingsbodem. Er zijn in ons land grofweg drie soorten grond: zand, kleigrond of veengrond. Elk type grond heeft voor- en nadelen.

Zandkorrels zijn groot waardoor water snel kan wegstromen, maar waardoor water en voedingsstoffen ook slecht worden vastgehouden. Zandgrond warmt daarentegen in het voorjaar wel snel op, waardoor je eerder kunt zaaien, en het is makkelijk te bewerken.

Kleigrond is minder makkelijk te bewerken, het bevat weinig zuurstof en houdt veel vocht vast. In de winter zal kleigrond vochtig blijven en in de zomer hard worden. Kleigrond is kleverig en moeilijk doordringbaar voor wortels.

Veengrond is een grondsoort die is opgebouwd uit gehumificeerd plantaardig materiaal. Dat betekent dat het uit samengeperste plantenresten bestaat. Veen ontstaat altijd in moerassige gebieden, de grondwaterstand is bij veengrond dan ook altijd hoog. Daarnaast kan veen goed water vasthouden. Ook is het zo dat veengrond inklinkt waardoor bijvoorbeeld een schutting of tuinkas kan verzakken.

Anderen lazen ook:  Column Lodewijk Hoekstra - Waarom een levende tuin?

Kortom, het is belangrijk om te bepalen met welke grondsoort je in je moestuin te maken hebt. Het is in veel gevallen ook van belang om in een later stadium extra humus of een mulchlaag aan te brengen. Zo verbeter je de grond met natuurlijk materiaal. Mulchen beschermt de grond tegen uitdrogen en verdichting, bovendien krijgt onkruid minder kans.

moestuin, zon, plek voor je moestuin, Groener Wonen

Stap 3: Zaaien en oogsten

Toen je zat weg te dromen over je eigen moestuin, had je vast al in gedachte welke planten, bloemen en kruiden je wilt laten groeien. Wanneer je een moestuin begint, is het aan te raden niet direct voor de meest moeilijke soorten te gaan. Houd het makkelijk voor jezelf, dan is de garantie op succes het grootst.

Aardbei kweken

Een populair voorbeeld is de aardbei. Aardbeien zijn rijk aan vitamines en ze zijn heerlijk als tussendoortje. Je kunt op verschillende manieren aardbeien kweken. Je kunt een klein plantje aanschaffen bij een kweker en deze aanplanten in voedzame, goed doorlatende grond. Maar je kunt er ook voor kiezen om de plantjes van zaadje af te kweken. Inzaaien kun je eind februari tot begin maart doen. Na het planten heeft een aardbeienplant alleen nog maar water en zon nodig. Je kunt eventueel een laagje stro rondom de planten leggen, waardoor de smaakvolle vruchten minder snel zullen rotten. Zodra de aardbeien rood zijn, kun je ze van de zomer tot aan de herfst oogsten. Let daarbij op dat je boven het kroontje oogst, zodat de aardbeien langer vers blijven.

Radijs kweken

Net als de aardbei is ook de radijs een aanrader voor wie een moestuin wil beginnen. Deze licht pittige groente kun je het best vanaf april of mei buiten zaaien of in januari binnen voorzaaien. Na het zaaien, kiemen de zaden al na één à twee weken. Zorg dat je de bodem vochtig houdt. Radijsjes zijn leuk in een beginnende moestuin omdat je ze na zo’n vijf à zes weken al kunt oogsten. Trek voorzichtig de knol aan het loof uit de grond. Snijd vervolgens direct het loof eraf en eet de radijsjes direct op. Je kunt ze eventueel nog één à twee dagen in een bakje water in de koelkast bewaren.

Munt kweken

Naast groenten en fruit zijn er ook kruiden die je makkelijk zelf kunt kweken als beginner. Munt is heerlijk om een cocktail mee te maken of om thee mee te zetten, maar het is ook een frisse aanvulling in een salade. De vaste muntplant is een makkelijke plant die je het best in de zon of halfschaduw kunt zetten. De muntplant houdt van vocht en bloeit van juni tot september. Munt heeft wel de neiging om te woekeren dus om dat te voorkomen, kun je hem in een grote pot of een kruidentoren zetten. Nog zo’n makkelijk kruid om zelf te kweken is bieslook. Deze vaste plant bloeit in juni en juli. Het oogsten van bieslook stimuleert de plant om verder te groeien. De sprieten zonder bloem zijn geschikt om te eten.

Dit artikel is eerder verschenen in Groener Wonen 01 2021.