Voor je gaat beginnen met het zaaien en planten in je moestuin, is het verstandig om na te denken over de indeling van je moestuin. Er zijn een aantal factoren waar je rekening mee kunt houden. Zo heb je goede en slechte buren – gewassen die een goede of juist slechte invloed op elkaar hebben. Ook is het beter om je planten niet elk jaar op dezelfde plek te zetten. We geven je hieronder uitgebreid tips bij het maken van een moestuinplan.
Bedenk allereerst welke gewassen je allemaal in je moestuin zou willen. Kies uiteraard voor fruit en groenten die jij (of natuurlijk je vrienden en familie) lekker vindt om optimaal van je oogst te genieten. Als je een kleine moestuin hebt, moet je keuzes maken. Je kunt natuurlijk niet alles wat je lekker vindt in je tuintje zetten. Bovendien neemt de ene soort meer ruimte in dan de andere. Pompoenen en courgettes vragen bijvoorbeeld behoorlijk wat ruimte. Ook de prijs kan meespelen bij het kiezen van gewassen. Asperges en aubergines zijn bijvoorbeeld een stuk duurder dan wortelen en spinazie.
Indeling van je moestuin: Verdelen in vlakken
Heb je je gewassen gekozen? Dan is het tijd om je moestuin in vlakken te gaan verdelen. Verstandig is om dezelfde soort gewassen bij elkaar in één vlak te zetten. We verdelen de gewassen onder in:
- Peulvruchten (sperziebonen, tuinbonen, snijbonen, peulen, erwten)
- Koolsoorten (bloemkool, spruiten, paksoi, spitskool, boerenkool)
- Bladgroenten (kropsla, veldsla, snijbiet, spinazie)
- Vruchten (courgette, komkommer, mais, tomaat, paprika, pompoen)
- Bol- en knolgewassen (wortel, pastinaak, aardappel, ui, biet, radijs)
Het is slim om een middenpad en zijpaden in je tuin aan te leggen. Zo kun je gemakkelijk zaaien, planten, je gewassen verzorgen en ze uiteindelijk oogsten zonder dat je hoeft uit te kijken waar je loopt.
Tip: Teken een plattegrond van je moestuin, zodat je een goed overzicht hebt van wat waar staat. Je kunt hem dan het jaar erop nog als geheugensteuntje gebruiken.
Combinatieteelt
Om je gewassen perfect te laten groeien, moet je rekening houden met waar je ze plant. Zorg voor een gezonde balans in de moestuin. Sommige gewassen hebben namelijk een slechte invloed op elkaar (slechte buren), andere juist een goede (goede buren). Dit noemen we combinatieteelt. Zo verjaagt de geur van ui de wortelvlieg, dus ui en wortel zijn goede buren. Tomaat en wortel kun je beter niet naast elkaar zetten: de tomatenplant geeft een bepaalde stof af die de groei van wortelen kan remmen.
We geven je een overzicht van de goede en de slechte buren:
Download hier het overzicht van goede en slechte buren
Lees ook: Moestuinieren in potten en bakken
Slechte buren
Aardappel – framboos, komkommer, pompoen, selderie, tomaat, ui, zonnebloem
Bieten – aardappel, spinazie, stokbonen
Bloemkool – erwten, tomaat
Bonen – bieslook, knoflook, prei, sjalot, ui
Broccoli – oregano, tomaat
Courgette – aardappel, komkommer
Knoflook – erwten, kool, stokbonen
Mais – bieten, selderij
Prei – bonen, erwten
Teeltrotatie
Een andere manier om topkwaliteit van je gewassen te bereiken, is teeltrotatie. Dit houdt in dat je ieder gewas jaarlijks een vak opschuift. Hierdoor houd je de grond in balans én verminder je de kans op ziekten in je gewassen. Bovendien kunnen je nieuwe planten profiteren van de stoffen die je oude planten hebben achtergelaten. Je kunt gebruik maken van de vakverdeling met verschillende gewassoorten die je gemaakt hebt. Verhuis de soorten elk jaar naar het volgende bed.
Dus: heb je je gewassen gekozen, je moestuin in vlakken verdeelt, rekening gehouden met goede en slechte buren én pas je teeltrotatie toe? Dan kan het bijna niet meer misgaan in je moestuin!
Lees ook: Goede grond in de moestuin
Meer weten over duurzaam tuinieren? Lees verder over de natuurlijke tuin
